Vogelwandeling in Het Vinne
Op 18 maart ging de Werkgroep Vogels op pad in het Vinne. Dat het een echt paradijs is voor vogelspotters hebben we gemerkt. Marthe vertelt er meer over in dit verslag. Wil je ook eens mee vogels gaan spotten tijdens één van de wandelingen van de werkgroep? Houd dan zeker onze agenda goed in het oog.
Geologische geschiedenis van Het Vinne
De naam van het domein Het Vinne verwijst naar een ven (een natuurlijke waterplas) dat op deze plaats ontstond op het einde van de laatste ijstijd. In het toenmalige dal vormde zich elke winter een grote ijsbank op de bron-en kwelplekken. De jaarlijkse vries- en dooicyclus maakte erodeerbare grond gemakkelijk los. Die grond gleed af naar de Kleine Gete en een grote depressie ontstond op de plek van Het Vinne.
De alluviale ophoging van de vallei van de Kleine Gete zorgde ervoor dat de Vinnedepressie lager kwam te liggen dan de Kleine Gete. Het water werd niet meer afgevoerd met als gevolg dat het waterniveau steeg en de omvang van het Vinnemeer toenam. Het grootste van Vlaanderen.
Turfwinning en houtproductie
Aan de hand van een charter van hertog Jan I van Brabant, dat de inkomsten van 1278 vermeldt, kon men achterhalen dat “het ven” te Zoutleeuw later werd gebruikt om turf uit te graven (o.a. door de Abdij van Park. In de 13de eeuw noemde men het Vinne de “turfkuil van Leeuw”.
Tot in de 19de eeuw stond deze 4 meter diepe kuil voortdurend onder water. In 1841 begon de drooglegging onder initiatief van de toenmalige eigenaar, Henri de Pitteurs. 3 jaar later werd ongeveer 100 ha grond vrijgemaakt. In 1930 kocht NV Union Allumetières uit Geraardsbergen het gebied aan. Het werd bebost met canadapopulieren voor de luciferproductie. Toen deze methode niet erg rendabel meer bleek, werd het domein van de hand gedaan.
Bescherming van het natuurgebied
In 1974 kocht de toenmalige provincie Brabant het 95 ha grote Vinne aan om het uit te bouwen tot een natuurreservaat. Het gebied is Europees beschermd als onderdeel van Natura 2000-gebied Bossen en kalkgraslanden van Haspengouw.
Alain stelde voor een wandeling rond het meer te maken, deze kloksgewijs om alzo de zon in de rug te hebben. Aan de Vinnehoeve zagen we een vrouwtje torenvalk vanuit zijn nestkast rustig naar ons zitten kijken. Op het dak riepen enkele witte kwikstaartjes. De schelle roep van de Cetti’s zanger hield ons alert. Er was het lieflijke hinniken van de dodaars.
Plots het schelle gekras van een vijftal gaaien.. op de achtergrond een zanglijster. We zagen een kleine zilverreiger met zwarte bek en gele tenen. Slobeenden draaiden cirkeltjes, verder nijlganzen, meerkoeten en waterhoentjes. Mirella zag een zwartkopmeeuw. Vier aalscholvers mooi op een rij. Leek wel of ze ons wilden uitnodigen tot dat bekende spel.