
Een hoop leven op het Oud Kerkhof van Hasselt
Het Oud Kerkhof aan de Kempische Steenweg in Hasselt is een pareltje, een brok geschiedenis van de stad. Maar naast de vergane tijden toonde de eerste van onze nieuwe reeks SAP-wandelingen (Samen Amusant op Pad) hoeveel moois er vandaag groeit tussen de zerken: zoveel klein en groot leven waaraan je anders voorbijloopt.
Gids van dienst Jacques Cochez, enthousiast en warm verteller, werd bijgestaan door Eddy Pagnaer. Zij leidden de volgeboekte groep rond van grafmonument naar onooglijke voorjaarsbloeiers en merkwaardige bomen. De geschiedenis van de plek gaat terug tot de Napoleontische tijd. In 1796 moest een nieuw kerkhof buiten de stad aangelegd worden om hygiënische redenen. Je vindt er burgemeester Bamps, dr Willems, verzetsheld Frans Massy, ontdekkingsreiziger Stapper, Deplee van de Hasseltse speculoos en talloze mensen die Hasselt enige faam bezorgd hebben.

Bij het binnenkomen van het kerkhof tooit een grote Christusdoorn het perceel met de gesneuvelden van de grote oorlog van ‘14-’18. Dergelijke symbolische betekenis van planten kom je er overal tegen. De groenblijvende taxus, de klimop, de buxus, de Japanse honingboom, … wat groen blijft staat symbool voor het eeuwige leven. Je vindt ze overal verspreid op het kerkhof, maar ook gebeiteld in graven en monumenten, zoals ook de graanaren en druiventrossen die staan voor overvloed, de kringloop van het leven en het laatste avondmaal. (Trouwens, niet alleen Katholieken waren toen welkom op het Hasseltse kerkhof. De “liberalen” konden er ook terecht, maar wel via een aparte ingang.)
Tussen al dat oud geweld ontstaat elk voorjaar weer een hoop nieuw leven. Je moet het wel zien, zegt Jacques Cochez, want met de “plantblindheid” van tegenwoordig … Tussen de madeliefjes, het wrattenkruid, het biggenkruid en het speenkruid (waarvoor de middeleeuwers dachten dat het medische krachten had, gewoon omwille van de vorm) groeien de vingerhelmbloem en het robertskruid, genoemd naar de rode kleur van de stengel ofwel naar Robert de Molsme, de stichter van de Cisterciënzer. Op de stenen zerken de korstmossen en het muisjesmos dat zich tegen de zon beschermt met zijn “glasharen” die ook helpen om het water op te vangen. Teveel om op te noemen. Wat een weelde.

Het prachtexemplaar van de Japanse honingboom en de monumentale beuken op het achterste gedeelte van het kerkhof zijn pronkstukken. Een reeks moerascypressen zijn jammer genoeg onlangs uit voorzorg moeten afgezaagd worden.
Boeiende verhalen, gezellige mensen en zoveel te leren … dat belooft voor de komende reeks van SAP-wandelingen!
Foto’s en tekst: Dirk Kegels
Meer weten? Steeds welkom via ons contactformulier.